Enige tijd geleden hebben de Saudi’s hun land opengegooid voor toerisme. Dus niet alleen buitenlandse Moslims die Hajj of Umrah komen verrichten in Mekka, maar ook de ongelovigen die gewoon nieuwsgierig zijn naar het land. Zoals wij dus. Dus op naar onze vakantiebestemming: Saudi Arabië!
(This is the Dutch version of our Saudi Arabia trip. Click here for the English version.)
(Klik op de foto’s voor een grotere afmeting)
Visum, tour en tickets
Dat gaat niet zo maar, eerst even door de visum molen. Dat ging overigens vrij gemakkelijk online; een zogenaamde Saudi eVisa. Gepke stort zich vol enthousiasme op de voorbereidingen. Ze vindt uiteindelijk een toer die wel bij ons lijkt te passen bij de onderneming Madventures. De volgende uitdaging is het vinden van betaalbare tickets naar Riyadh en dan is het wachten tot de datum van 12 Januari 2023 zich aankondigt.
Vertrek
Een Uber brengt ons naar het GSP vliegveld waar we de eerste etappe van onze reis beginnen met een vlucht naar Chicago. Deze eerste vlucht begon al met vertraging waardoor het halen van onze doorgaande vlucht naar Frankfurt nog spannend zou worden. Uiteindelijk kwam het allemaal goed en konden we urenlang op het vliegveld van Frankfurt rondhangen totdat onze vlucht naar Riyadh in Saudi Arabië vertrekt. Ik zal het verhaal inkorten; het was een lange saaie vlucht die met wachttijden bijna 24 uur in beslag nam.
Aankomst in Ryadh
Ondanks dat een deel van onze reis op vrijdag de dertiende plaatsvindt, lijkt alles goed te gaan. Ook de formaliteiten van immigration voor Saudi Arabië vallen mee. Onze koffers hebben we voorzien van “AirTags” zodat we kunnen volgen waar ze zijn. Ze zijn ons netjes gevolgd, en we kunnen door de deuren naar buiten lopen. En daar staat warempel een man met onze namen leesbaar op een briefje, tussen vele andere mannen met Saudi Arabisch geschreven briefjes. Dat heeft Gepke mooi geregeld.
In het donker rijden we naar ons hotel. De rijstijl van de Saudi Arabieren is bloedstollend, maar we halen ons doel heelhuids. Het hotel is het Intercity Hotel Riyadh en ziet er gelikt uit. Even hebben ze moeite met onze namen, aangezien die niet in het Arabisch zijn geschreven. Ze verwarren ons even met een gast die later blijkt ook in onze groep te zitten. Maar het komt allemaal goed en we krijgen onze kamersleutel.
Wij zijn inmiddels zo moe dat als we ons hoofd op het kussen leggen, voor ons het doek valt. Een ononderbroken nachtrust tot 7 uur ‘s ochtends; althans voor mij. Gepke is altijd veel vroeger wakker dan ik.
Wandelen en groepsontmoeting
We moeten om 2 uur in de middag de groep ontmoeten en dan begint ook onze toer met onder andere een bezoek aan het Turaif historisch district in Diriyah en de hoge Kingdom Tower voor het uitzicht over de stad in de avond.
Tot die tijd denken wij even te gaan wandelen in het King AbdulAziz Park. Maar dat blijkt moeilijker dan eerst gedacht. Elke poort die het park inleidt, blijkt gesloten te zijn. Het is een combinatie van gebedstijd en het feit dat het Zaterdag is. Een heilige dag voor de Moslims, dus alles is dicht.
We lopen nog wat verder rond om een indruk te krijgen van de omgeving, en keren dan terug naar het hotel om de groepstoer te beginnen. De toer wordt geleid door Harun, een jongeman die eigenlijk te verlegen is om toerleider te spelen. Verder is de groep veel kleiner dan we hadden verwacht. Er is nog een echtpaar uit Londen, een man uit Nieuw Zeeland en een vrouw uit … Groningen. Deze dame blijkt de persoon te zijn met wie het hotel personeel in de war was en dacht dat wij zo heten.
Busrit in omgeving
Met totaal 7 personen stappen we in de bus die voor ons is gereseveerd. Uiteraard veels te groot, want er kunnen wel meer dan 50 mensen in deze bus, met bagage. Dus wij hebben de komende periode zat ruimte voor ons kleine groepje. De chauffeur heet Mohammed, een vrolijke maar ook verlegen man die -zo zal later blijken- zich door niets en niemand uit het veld laat slaan.
We rijden naar het Diriyah district waar At Turief is gelegen. Dit is een historisch gebied waar men de oude baggerwoningen heeft gerestaureerd en voor het publiek opengesteld. Ooit was dit de hoofdstad van de Saudische dynastie. Het is laat in de middag en het wordt al donker. At Turief wordt mooi verlicht en het geheel krijgt wel een mysterieuze gloed.
We spoeden ons nu naar de Kingdom Tower om naar de lichtjes over de stad te kijken. De lift neemt ons met een snelheid van 180km/uur naar de 99ste verdieping, waar een luchtbrug twee torens van dit gebouw verbindt. Het geheel lijkt op een langerekte tas met een handvat, maar het uitzicht is fantastisch.
We eindigen de dag in de Najdi Village waar we met de hele groep gaan eten. Morgen gaan we de verdere omgeving van Riyadh verkennen.
Masmak, winkelen in de Souk en naar het einde van de wereld.
Het ontbijt hier in “The Kingdom of Saudi Arabia” is iets waar we nog aan moeten wennen. Het is soms een uitgebreid buffet met van alles dat je niet met ontbijt zou associëren. De vele soorten fruit heb ik geen moeite mee, maar de bruine bonen met olijfolie vind ik minder. Ook is hummus niet mijn lievelings gerecht voor ontbijt, maar ik pas me aan. Na het ontbijt gaan we de bus weer in om Masmak Fort te bezoeken. Hier is de eerste grote strijd gestreden om Saudi Arabië te verenigen. De speerpunt die geworpen werd naar Abdulaziz zit nog in de deur, en wordt uitgebreid getoond. Binnen zijn meer voorwerpen, foto’s en stambomen te vinden die de Saudi familie vereren. De koning lijkt hier aardig geliefd, al zullen sommige stammen die in het begin van de 20ste eeuw zijn veroverd daar anders over denken.
Na Masmak bezoeken we de nabijgelegen Souk met een uitgebreide collectie aan handgemaakte kleden, glimmende zwaarden en dolken, en mysterieuze parfums. We zoeken tevergeefs naar souveniers. Gepke wil een klein kameeltje en ik een kussentje. Dat zoeken blijft voorlopig nog even tevergeefs; we vinden niet wat we willen. We genieten van een lunch die weer even omvangrijk is als het ontbijt. Als we op deze manier blijven eten dan passen we op de terugweg niet meer in de vliegtuigstoelen.
The Edge of the World
Na de lunch rijden we naar het einde van de wereld; letterlijk. Het gebied waar we naar toe gaan heet “The Edge of the World” en is een uitgestrekte vlakte die ineens ophoudt bij een kloof ala Grand Canyon. De rit hiernaartoe wordt gedaan met 4×4’s want de wegen, voor zover aanwezig, zijn niet geschikt voor onze bus.
Als we stoppen bij de rand om te genieten van het uitzicht en wat foto’s te maken, worden we meegenomen op een wandeling. Het lijkt eerst alleen naar een uitzichtpunt te gaan, maar dan neemt een van de gidsen ons mee over een ruw pad dat naar beneden leidt in de kloof. Hij will ons wat mooie punten laten zien. Bij elk punt maken we foto’s en genieten van het uitzicht, maar inmiddels neemt hij ons steeds dieper het dal in. Ik realiseer me dat we dit hele eind ook weer terug omhoog moeten klimmen, hetgeen meestal veel meer een uitdaging is. Maar gelukkig mogen we weer omhoog voordat het op een afdaling naar de bodem van de Grand Canyon gaat lijken.
Bovenaan op het plateau aangekomen staan er stoeltjes voor ons klaar en kunnen we weer bijkomen. Er is inmiddels ook een andere (Chinese) groep bijgekomen. Alle chauffers van de verschillende 4×4’s trekken barbeque en ander kookgerei uit hun auto’s en beginnen een avondmaaltijd voor ons klaar te maken. Het is inmiddels donker geworden en omdat we hier zover van de stad zijn staat de hemel werkelijk vol met sterren. Hoewel het best koud is, vinden we de avond magisch en we genieten extra van onze exotische maaltijd. We zitten rond een vuurtje en praten, terwijl de chauffers verderop zingen en bidden.
Maar dan is het weer tijd om te vertrekken. We ruimen alles weer op, waarbij de Chinezen werkelijk geen papiertje willen laten liggen. Met vuilniszakken in de handen lopen ze in het pikkedonker naar afval te zoeken om alles weer brandschoon achter te laten. Kunnen wij Europeanen nog wat van leren.
Jeraisy, Ushaiger en Buraidah
We vertrekken vandaag uit Riyadh en gaan onderweg Jeraisy Castle uit de 12de eeuw bezoeken. Het bezoek hier is kort, want we kunnen alleen de binnenplaats van het Jeraisy Castle bezoeken. De ruimtes binnenin worden net nu gerenoveerd. Af en toe kunnen we toch stiekem even naar binnen gluren, maar we moeten het voornamelijk stellen met de ruimtes buiten.
De bus gaat weer verder richting Buraidah, onze eindbestemming voor vandaag. Onderweg stoppen we nog even bij het Ushaiger Heritage Village, een van de Saudi Unesco stops tijdens deze vakantie. Ushaiger is een dorp in de originele Najdi stijl van modder woningen die men toch nog probeert te bewaren. Dat valt niet mee, want bij een flinke regenbui spoelt er telkens weer een beetje weg.
In Ushaiger bezoeken we ook een klein museumpje dat werkelijk tot het plafond vol zit met allerlei prullaria, die volgens de eigenaar antiek zijn. Hij ontvangt ons hartelijk met thee en vertelt honderd uit uit over alle voorwerpen die hier te zien zijn. Als we het museum verlaten worden we aangesproken door een local die, net als iedereen hier, wil weten waar we vandaan komen. Hij maakt een enthousiast praatje met iedereen en begint vervolgens met zijn mobieltje ons te filmen op straat. Misschien staan we straks op de Saudi Arabische YouTube.
In de avond eten we een eenvoudig maaltijd in een soort Indiaas fastfood restaurant voor $6/pp. We moeten vroeg naar bed, want we moeten morgen naar de kamelenmarkt, en die begint bij dag en dauw.
Kamelenmarkt en Hutaymah Krater
We staan extra vroeg op om naar de kamelen markt te gaan. Het is er al druk als we daar aankomen. De aanwezige kamelen begroeten ons met veel geschreeuw. Vooral als ze met een hijskraan uit een vrachtwagen worden getild. Blijkbaar vinden ze dat niet echt leuk.
Sommige kamelen brengen een goeie prijs op, want die zijn goed voor de Saudi kamelen races, of om mee te fokken. Anderen zijn alleen goed voor de slacht, en dat is duidelijk aan de veelal lagere prijs. Wat ons meteen opvalt is de “Dulla” die bij sommige kamelen uit hun mond hangt. Het is een orgaan uit het achterste van hun keel die ze prominent naar buiten gooien als ze een vrouwtje zien. Die schijnen dat dan weer op prijs te stellen en voor je het weet heb je baby kameeltjes.
Na de markt gaan we terug naar het hotel en gaan dan op pad naar de Al Hutaymah Crater. Men dacht vroeger dat dit een inslag krater was, maar volgens deskundigen is het toch het restant van een inmiddels uitgedoofde vulkaan.
Als de chaffeur de bus probeert om te draaien, komt hij hopeloos vast te zitten. Wij kunnen weinig bijdragen, want duwen help bij zo’n zware bus niet. Onze tourbegeleider en de chauffeur kunnen niemand bereiken met hun mobieltjes, en besluiten maar terug te lopen naar het dorp waar we langs kwamen om hulp te zoeken.
De rest gaat wat lopen bij de krater of hangt wat rond. Sommige lopen zelfs de hele rand van de krater rond, voordat de gids en chauffeur terugkomen met hulp. Een auto blijkt onvoldoende om de bus eruit te trekken, maar er stoppen steeds meer mensen. Een van hen, met een echte levende valk in zijn auto, blijkt wel wat organisatie talent te hebben. Drie 4×4’s worden aan elkaar en aan de bus vastgebonden, en na een aantal mislukte pogingen komt de bus toch los uit het rulle zand.
Deze actie heeft natuurlijk veel meer tijd gekost dan was voorzien en we komen dan ook pas vrij laat aan bij onze overnachtingsplek voor de dag in Hail. We zouden hier nog naar een uitzichtpunt rijden, maar het is al donker en na de lange dag heeft niemand daar meer zin in. Van verdere activiteiten moeten we maar afzien en nuttigen alleen een maaltijd voordat we in onze bedjes vallen.
Jubbah en Al Ula
Een lange rit voor de boeg vandaag naar Al Ula van maar liefst 6 uur. Onderweg gaan we eerst kijken naar alle oude rotstekeningen bij Jubbah van duizenden jaren geleden, sommigen wel 8000 jaar oud. Wederom een Saudi Unesco site die we van onze lijst kunnen afvinken.
Na vele uren in de bus komen we dan uiteindelijk in Al Ula aan, Het hotel/guesthouse hier vinden we de minste tot nu toe. De douche maakt alleen de muren schoon, niet de persoon die eronder staat. Daarbij is het een echte Saudi Arabische badkamer, dus de douche staat bijna bovenop de WC en alles wordt nat. Echter er is hier weinig ander aanbod, dus we zullen het ermee moeten doen.
Het eten is wel goed ‘s avonds in de open lucht in een verborgen onverhard weggetje met palmbomen. Om ons heen lopen katten die later zelfs op schoot springen in een wanhopige poging iets van ons eten te krijgen. Na het diner lopen we nog wat rond in het volledig gerestaureerde AlUla Old Town, ooit een belangrijke nederzetting langs de pelgrim route van Damascus naar Mekka.
Hegra
Het bed bleek ook niet van geweldige kwaliteit, dus we waren niet rouwig toen we er eindelijk uit mochten. Het ontbijt wordt door Harun bezorgd op de kamer en eten we op schoot op. We zijn inmiddels gewend aan de standaard hap: pita broodjes, wat tomaat, komkommer en hummus, soms een ei (gekookt of gebakken), een bakje bruine bonen pap met een kwak olijf olie erop. Je gaat langzaam verlangen naar een gewone bruine boterham met kaas.
Als we allemaal weer zijn verzameld, rijden we naar Hegra (Madain Saleh) waar de Nabateans net als in Petra graftombes en andere ruimtes in de rotsen hebben uitgehouwen. Hoewel de vergelijking met Petra in Jordanië veel wordt gemaakt, is dit toch duidelijk anders. De rotspartijen liggen ver uit elkaar; er is niet sprake van een kloof of nederzetting. De mensen die hier werden begraven waren koningen en andere belangrijke personen van Dedan. Het is allemaal veel kleiner, maar niet minder indrukwekkend.
Met een shuttlebus worden we van rotspartij naar rotspartij gereden. Je stapt uit, bekijkt en fotografeert alles, en stapt op de volgende bus naar de volgende verzameling tombes, tekeningen, en restanten van de Nabatean beschaving. De belangrijkste tombes hebben leeuwen aan weerszijden uitgehouwen die de graven moeten beschermen.
Overigens zijn niet alleen deze Nabatean resten de moeite waard van het bezoek. Het ruige landschap waar de rotspartijen liggen zijn even indrukwekkend en de moeite waard.
Aan het eind van de dag rijden we naar Elephant Rock, een rots in de vorm van, je raad het al, een Olifant. In de buurt van de rots heeft men een aantal zitjes gemaakt in de vorm van een soort zitkuil in het zand. Er zijn kussens om alles comfortabel te maken en even verderop kun je iets te drinken of te eten kopen. We gaan hier lekker een tijdje zitten, en praten en bewonderen het landschap.
Jammer genoeg moeten we weer terug naar onze “drie sterren” overnachting. Ik had het hier ook wel kunnen uithouden.
Lawrence of Arabia en Medina
Als je de film “Lawrence of Arabia” hebt gezien, of de historie rond deze Engelsman uit de eerste wereldoorlog kent, dan weet je dat hij met de Saudi Arabieren meevocht voor hun eigen staat. Een van de activiteiten die hij ontplooide was het aanvallen van een trein op de Hejaz spoorweg, die van Damascus naar Medina ging.
Toevallig ligt dit aan de weg van onze lange rit vandaag naar Medina. Hoewel het meeste door lokale bewoners is weggehaald en voor oud ijzer verkocht, liggen er nog wat resten voor ons om te bewonderen.
Officieel is het terrein door een hek omringd en ontoegankelijk, maar het hek is verderop kapot, dus we kunnen zo naar binnenlopen. De rails zijn al jaren weg, alleen de dijk waarop ze lagen kun je nog zien en een aantal gekantelde spoorwagons en een locomotief. Toch nog eens naar de film kijken als ik weer thuis ben…
Laat in de middag komen we in Medina aan. Dit is na Mekka de op een na heiligste stad voor Moslims. In het centrum is een enorme moskee waar naar zeggen wel een miljoen mensen in passen. Ik zal hen op hun woord moeten geloven, want als je niet een moslim bent, mag je er niet in. Wel kunnen we van een afstandje foto’s maken.
We stappen op een hop-on-hop-off bus die ons meeneemt naar de belangrijkste punten van interesse in Medina. Zoals verwacht zijn dat allemaal moskeeën, maar onderweg kijken we naar de rest van de stad en haar inwoners.
Het hotel voor de nacht is weer vanouds prima, met een lekker bed en een douche die niet boven de WC staat.
Taif, the City of Roses
We vertrekken uit Medina en gaan naar Taif, die in de wereld bekend staat als “The City of Roses”. Onderweg daarnaartoe stoppen we bij Al Wahbah Crater, waar de chauffeur van de bus dit keer maar op de verharde weg blijft. Hij heeft slechte ervaringen met onze laatste krater.
Deze krater is met zijn 4 km doorsnede de grootste vulkanische krater in Saudi Arabië. Helemaal rondlopen is dus te ver voor onze korte stop hier. Bij de krater komen we ook een paar Duitsers tegen die een auto hebben gehuurd en door Saudi Arabië rijden. Wij wisselen wat informatie uit over Medina waar ze straks naartoe rijden. Wij gaan verder naar Taif.
In Taif aangekomen gaan we naar de markt in het centrum. Zoals gebruikelijk deze hele vakantie timen we de aankomst weer precies tijdens het gebed, dus alles is nog dicht. Maar dat duurt meestal niet lang en even later gaan de verschillende rolluiken, deuren en dergelijk open om winkeltjes te tonen. De voornaamste producten die hier worden verkocht is rooswater en honing.
Rose farm
In de ochtend gaan we een rozenkwekerij van nabij bekijken. Men legt uit dat om een paar milliliter rozenolie te maken, je een slordige 10.000 rozen nodig hebt. Een process van water met rozen mengen, koken en afgieten totdat je een grote fles rozenwater hebt, en een reageerbuisje rozenolie. Het spul wil dan ook wel iets kosten.
Bij de kwekerij is een tuin waar we doorheen kunnen lopen en foto’s nemen. Jammer genoeg is het de verkeerde tijd van het jaar, dus geen bloeiende rozen te zien.
Wel mogen we de bijbehorende winkeltje bekijken en rozenolie of rozenwater kopen. Ik ben niet zo goed met die luchtjes, dus ik blijf maar een beetje in de buurt van de open deur staan waar de frisse lucht te vinden is.
In de middag gaan we verder richting Jeddah. Tussen Taif en Jeddah ligt ook Mekka, maar daar mogen we dus als ongelovigen helemaal niet naar binnen. Dat wordt op de weg daarnaartoe duidelijk gemaakt met de bewegwijzering boven de weg: non-Muslim route, ofwel je wordt om de stad geleid.
Jeddah zelf is een grote moderne stad aan de Rode Zee gelegen. We komen redelijk bijtijds aan en kunnen nadat we hebben ingecheckt nog even gaan kijken bij de boulevard langs het strand: de Corniche.
Bij de Corniche is de Al Rahma drijvende Moskee te zien, maar volgens mij staat het gewoon op palen. Ook is hier de werelds hoogste fontein. Het water spuit maar liefst 300 meter de lucht in.
We sluiten de dag af met een Saudi Arabisch diner bij volgens Harun een van de beste restaurants van Jeddah.
Jeddah
Het ontbijt in de ochtend laat langer op zich wachten dan afgesproken, dus de dag begint met vertraging. Wij gaan in de ochtend naar het Tayebat City Museum met z’n 60.000 voorwerpen van alle windrichtingen. Het museum is overweldigend en er is gewoon veel te veel te zien in een paar uur. Een gids in het museum vertelt een heel verhaal in onverstaanbaar Engels over de indeling van het gebouw.
Gepke en ik beginnen vol goede moed aan de verschillende kamers, maar het vliegt ons zo nu en dan aan. We nemen de lift naar de hoger gelegen verdiepingen waar ook een doolhof van kleine kamertjes is met Islamitische Kunst, Chinese voorwerpen, bruidsschatten voor bedoeïenen vrouwen en plastic kunst. Het is een bijeengeraapte chaos van overal in de wereld.
Vreemd genoeg ben ik het meest onder de indruk van de WCs hier. Zoals bij de meeste WC’s in Saudi Arabië is ook hier een plek om je voeten te wassen prominent aanwezig. Dit is de mooiste, netste WCs die ik tot nu to in Saudi Arabië ben tegengekomen, dat ik er zelfs een foto van heb gemaakt.
In de middag mogen we op eigen gelegenheid het oude centrum van Jeddah gaan verkennen: Al Balad. We lopen door de kleine straatjes maar zien weinig, want het is weer gebedstijd. Even later komen de winkeliers toch allemaal weer tevoorschijn en kan ik eindelijk een Takaya (leunkussentje) vinden. Het is wel niet de groene kleur die ik zocht, maar het is wel een met het wapen van de Saudi Familie erop.
Op naar Farasan Island
We gaan vandaag beneden ontbijten, want we willen geen herhaling van gisteren. Als we vandaag weer zolang op het eten moeten wachten, dan missen we het vliegtuig waarschijnlijk. Een busje van het hotel brengt ons naar het vliegveld, want Mohammed is gisteren met de grote bus al uit Jeddah vertrokken naar Jazan. De stakker moet het hele eind rijden, terwijl wij met Saudi gaan vliegen. Verschil moet er zijn.
Op het vliegveld kunnen we meteen inchecken en zijn we weer even van het gesjouw met koffers af. Ook nemen we hier afscheid van Margaretha die deze laatste dagen niet met ons doorbrengt, maar doorvliegt naar Qatar en Kuweit. We planten ons in de gebruikelijke ongemakkelijke stoelen en wachten tot we kunnen instappen. Gepke is ons even kwijt nadat ze naar het toilet is wezen zoeken. Ze kon niet meer vinden waar we zaten, en natuurlijk las ik haar wanhopige SMSjes pas toen ze ons weer had gevonden…
De vlucht naar Jazan duurde 1:20 uur en na het uitstappen konden we de koffers weer gaan opzoeken. De airtags in de koffer telden het aantal meters af totdat ze weer in onze buurt waren. Gelukkig, ze waren niet naar Tokyo gevlogen.
De bus is er weer
Buiten komt Mohammed met de bus alweer aanrijden; we worden wel door hem verwend wat dat betreft. We laden ons hele hebben en houden weer in, en rijden naar het havengebied, waar we eerst even een lunch nuttigen bij “Kudo”. Na een ruim een uurtje rijden we verder naar de ferry.
De controle lijkt hier in handen te zijn van de KSA militairen en die nemen geen halve maatregelen. Paspoorten worden gecontroleerd en instapkaarten bestudeerd. Eerst mogen we in de wachthal wachten tot we gaan instappen. Hiervoor worden de mannen van de vrouwen gescheiden. Blijkbaar is de controle voor mannen niet anders dan op een vliegveld: alles uit je zakken, broekriem af en schoenen uit. Dan bagage door de doorlicht machine en weer naar een wachtruimte.
De vrouwen hebben het iets moeilijker. Na twee keer in de verkeerde rij te zijn gestuurd, mogen ze ook alles door laten lichten, maar moeten ook helemaal worden gefouilleerd. Dit alles gebeurt achter een muur en veel gordijntjes, zodat de aanwezig mannen niet hierdoor worden verleid.
Eindelijk aan boord
Uiteindelijk mogen we dan aan boord en kunnen we de koffers voor de reis op een rekje tussen geparkeerde auto’s kwijt, terwijl wij naar boven gaan. Wij zoeken boven wat stoelen uit en dan komen ook de dames aanlopen. We zijn weer kompleet.
De overtocht naar Farasan duurt ongeveer anderhalf uur. Op het eiland worden we opgewacht door een Arabier met een witte bestelbusje die ons naar het Farasan Park Hotel brengt.
De receptiehal zit er indrukwekkend en modern uit, maar dat geldt jammer genoeg niet voor de kamers. Alhoewel de douche niet bovenop de WC zit, is het wel open naar de rest van de badkamer. Dus droog houden we het niet. Het tapijt in de kamer heeft meer golven dan de Rode Zee in een storm, en we struikelen er voortdurend over. Het bed is wel redelijk comfortabel, en dat is toch het belangrijkste.
Nadat we zijn ingeburgerd kijken we even buiten om. De zon gaat net onder en we kunnen nog op de valreep wat foto’s maken van de zonsondergang in de zee. Bij het hotel is een redelijk zwembad waar naar zeggen mannen en vrouwen tegelijk in mogen zwemmen. Dat is ongehoord voor Saudi Arabië.
We gaan nog even met de groep eten in Farasan bij een vis restaurant. Je wijst de vis aan die je wel lekker lijkt, en 20 minuten later ligt het klaargemaakt op je bord. Gepke en ik kiezen beide voor de brown grouper. Geen idee wat dat in het Nederlands is. Het is lekker, maar er zat niet veel vis aan het beestje. Waarschijnlijk een mager scharminkeltje geweest.
We doen nog even wat boodschappen voordat we teruggaan naar het hotel om te slapen.
Rondrit op Farasan
Na het ontbijt gaan we met het busje een rondrit maken op het Saudi eiland Farasan. We bezoeken een historisch dorp dat ontruimd is om aan toeristen te laten zien. Zoals vaak met dit soort historisch dorpen gaat het originele karakter totaal verloren door de smakeloze moderne toevoegingen. Oude huisjes worden niet echt goed gerestaureerd en teveel aandacht gaat naar zaken zoals betonnen parasols waaronder de toeristen een hapje kunnen eten.
Als we verder rijden komen we bij een mooie oude compound met daarin het huis van een parelhandelaar. Ook hier is het compound uitgebreid met een modern appartement/huis, maar daar kijken we maar even langs. De woonkamer van de parelhandelaar kunnen we even van binnen zien. Het ziet er wel mooi uit al je nagaat hoelang geleden er iemand in woonde.
Verderop is de hele oude Al-Najdi moskee waar we ditmaal ook binnen even mogen kijken. Het is een actieve moskee, maar het is even geen gebedstijd, dus we zijn de enigen binnen. Het is ook een hele oude moskee van meer dan 500 jaar oud.
In de middag blijf ik bij het hotel om dit verslag bij te werken terwijl Gepke en anderen op een bootje om het eiland gaan varen om te zwemmen en snorkelen. Uiteindelijk ging het snorkelen niet door vanwege het ruwe water.
‘s Avonds eten we met z’n allen een Saudi Arabische pizza en zoeken vroeg onze bedden op. We moeten morgen voor 5 uur opstaan om weer met de veerboot terug naar het vaste land te gaan.
Terug naar Jazan
Een groep van 5 nog halfslapende toeristen en één evenmin wakkere gids wachten in het donker op het bestelbusje dat hen naar de haven zal brengen. We moesten op een onmogelijk uur opstaan om bijtijds bij de veerboot te zijn. In het donker wachten we op het busje dat ons met bagage naar de haven zal voeren. Uiteindelijk zijn we dan op de afgesproken tijd om half 6 bij de veerboot, die om 7 uur vertrekt.
De terugtocht naar het vasteland is het spiegelbeeld van de heentocht. Even in de wachtkamer, vervolgens worden de mannen achteloos door security gebonjourd terwijl de vrouwen achter een muurtje worden gefouilleerd. Aan boord van het schip mogen we weer bij elkaar komen voor de anderhalf uur durende terugtocht.
De meesten van ons zitten suffend en half slapend in de stoelen op het schip. Het passagiers deel is verdeeld in 3 secties: een voor mannen, een voor vrouwen en een voor families. Onder de laatste schijnt onze groep te horen. Na 2 weken met elkaar te zijn opgetrokken kun je ons wel een familie noemen: we kennen elkaars goeie en slechte gewoonten en blijven toch bij elkaar.
Naar Abha
Mohammed staat ons alweer op te wachten in Jazan en rijdt ons via Asir National Park richting Abha. In Jazan nemen we even de tijd om te ontbijten voordat we weer de weg opgaan richting Muhayil. De weg voert over een weg met tegenliggers over hoge bergen met steile bergwanden en diepe afgronden vlak naast de bus. In de verte zien we de hoogste bergtop hier: Mount Soudah.
Ook zien we onderweg regelmatig Hamadryas bavianen die hoopvol naar de voorbijrijdende autos kijken. Ze hopen dat er iets te eten valt te halen bij de vele toeristen die hier onderweg stoppen.
Onderweg stoppen we voor een wandeling door het historische dorpje Rijal Almaa met z’n taps toelopende woningen gemaakt van rotsen en steen ingelegd met quarts. De nederzetting is gelegen op een vrij steile bergwand, dus we moeten naar boven via allerlei trappen om alles te zien.
In de verschillende ruimtes in de woningen in het dorp zijn voorwerpen te zien uit verschillende tijdperken van het bestaan van het dorp. Het varieert van huishoudelijke artikelen zoals pannen en manden tot wapens als speren en geweren.
In het dorp moeten ook de beroemde Flower Men aanwezig zijn: mannen met kleurijke gewaden die een soort bloemenkroon op hun hoofd dragen. Ik vermoed dat ze op vakantie naar Nederland waren, want wij hebben er geen gezien.
Bavianen
Als we naar beneden lopen zien we op het plein dat we zijn overgestoken een groep bavianen lopen. De mensen beneden houden terecht wat afstand tot ze, want ze kunnen vrij agressief zijn. Aanvallen op mensen door bavianen in dit gebied zijn niet ongewoon.
De busrit voert weer verder en de meesten van ons vallen in slaap door het saaie uitzicht onderweg. Na de enorme sterke koffie die ik eerder onderweg heb gedronken, wil de slaap bij mij niet komen, dus ik kijk maar een film op mijn iPad.
Uiteindelijk komen we in Muhayil aan bij ons hotel, dat weer een Boudl blijkt te zijn. Deze was de vorige keer wel redelijk, dus we zijn hoopvol. Echter buiten zijn werkers in een put voor het hotel druk bezig. Men blijkt met het water bezig te zijn, en als we later op de kamer komen, blijkt er geen water te zijn. Men verzekert ons dat het zal zijn gerepareerd als we terugkomen van diner.
Het diner mogen we op eigen gelegenheid uitzoeken. In het restaurant dat we uitzoeken spreekt niemand van het personeel Engels (of Nederlands). Gelukkig is een van de aanwezige klanten een man die 4 jaar in Amerika heeft gewoond en meer dan bereid voor ons te vertalen.
Uiteindelijk is het eten dat op tafel wordt gezet nog steeds een verassing, en veel minder dan we verwachtten. Sommigen hebben veel, anderen heel weining. We vegen het allemaal bij elkaar en rantsoeneren het onder ons. Zo hebben we allemaal toch nog een redelijke hoeveelheid eten.
Al Yanfa
De volgende dag gaat de rit weer verder. We komen na een tijdje bij onze eerste stop onderweg in Al Yanfa. Dit dorp is bekend om zijn tunnels die de individuele huizen vroeger verbonden. Zoals veel van dit soort Saudi historische dorpen is het meeste vergaan, en slechts één van de tunnels is nog te vinden. Je moet wel heel klein zijn om rechtop door dit stukje tunnel te lopen. Ik moet dan ook diep buigen om niet voortdurend mijn hoofd te stoten.
De laatste stop maken we bij Hanging Village of Al Habala. Het hangende dorp kunnen we echter niet bezoeken, want de kabelbaan ernaartoe is buiten werking. We moeten genoegen nemen met het uitzicht vanaf de verschillende picknick huisjes op de rand van de kloof. Deze plek is overigens wel het toppunt van slecht onderhouden toeristenstop. Overal ligt afval en werkelijk elke uitzichtpunt is volgekliederd met graffiti.
Uiteindelijk komen we dan in Abha aan bij onze laatste hotel van deze vakantie. Hoewel het Hotel Aber niet de naam Boudl draagt is het wel een onderdeel van de keten. De kamers zijn prima en er is weer een normale badkamer met afgesloten douche ruimte. We frissen ons wat op voor ons afscheidsdiner in het dure Narange restaurant in Abha. Nou ja duur, het was duur voor Saudi Arabië, maar een meer normale prijs voor hetgeen wij westerlingen gewend zijn.
Na het eten nemen we ook afscheid van Mohammed, die ons twee weken lang overal naartoe heeft gereden.
Terug naar Huis
Het wordt vandaag een lange dag. We moeten heel vroeg op om een vlucht van Abha naar Riyadh te pakken. En na al die moeite moeten we vervolgens urenlang op onze internationale vlucht naar Frankfurt wachten: 14 uur zelfs. De stad ingaan lijkt de beste oplossing, maar we kunnen de koffers nergens kwijt. Die kunnen pas 2 uur voor vertrek worden ingecheckt.
Er is een plek waar we ze tijdelijk kunnen stallen, maar als we die van een afstandje bekijken zien we daar maar vanaf. Een chaos van koffers die overal staan, en waar iedereen gewoon bij kan komen. Nee dankje. Als je de koffer al niet kwijtraakt, mag je van geluk spreken dat ie op de juiste vlucht terecht komt. Dus wij blijven maar op Riyadh luchthaven rondhangen tot we kunnen inchecken. We hebben leesvoer bij ons, en iPads met TV en filmen erop gedownload. Dus we komen de dag wel door.
We zijn wel goed gaar als we eindelijk kunnen instappen op de vlucht naar Frankfurt, en zijn allebei in een mum van tijd in slaap gevallen. De 6+ uur vliegen letterlijk voorbij. Op Frankfurt hebben we genoeg tijd om over te stappen op de United vlucht naar Chicago zonder dat we uren rond moeten hangen. Hetzelfde geldt voor de vlucht van Chicago naar Greenville. Uiteindelijk zijn we met alle vluchten, wachttijden en overstappen deze dag 42 uur onderweg. Marco Polo, Columbus en Magellan deden er langer over, dus we mogen niet klagen.
Conclusie
We hebben een geweldige reis gehad. We hebben veel gezien en veel vriendelijke mensen ontmoet. Het was een eye-opening ervaring en we hebben enkele vooroordelen moeten loslaten die we hadden toen we deze vakantie begonnen. Saoedi-Arabië is een geweldig land.
Groetjes van ons!
(Meer fotos hier)
Een mooi verslag Loek. Wat een bijzondere reiservaring en bijzonder land. Heb met veel plezier de verhalen gelezen. Bedankt daarvoor. Groetjes Marjan
Eerste paar hoofdstukken gelezen. Morgen verder!
Wat heb je het allemaal weer mooi verwoord Loek, heb genoten van jullie bijzondere reisverhaal, en natuurlijk de foto’s. Dank voor het delen groetjes Tett